woensdag 19 januari 2011


Zo'n klein kereltje ziet er toch al
heel vaak nèt eventjes anders uit.
Hier bijvoorbeeld, een beetje uitvergroot,
mutsje goed over het hoofd,
veel blauw tegen het groene gras.

Hier met een snotneusje.
Daar is het winter voor.
Straks neemt mama hem wel een zakdoekje.

Zie hoe ze glimlacht met haar kleine kerel
op de arm.
Een kleine kerel,
maar "dat is toch nogal ne keirel, he?"
zoals het in een reeks op tv ging.
En hieronder de kleine kerel weer anders.
Op de arm van zijn mama kijkt hij naar papa
die net is thuisgekomen van zijn veeartsenwerk.



Posted by Picasa

Moeder en zoon


Mama is met Kobe naar de dierentuin getrokken.
De dierentuin achter in de eigen hof,
wel te verstaan.
Daar heeft ze haar kereltje de lucht in getild
en breed uitzicht over wei en dieren gegeven.
Hij heeft zijn mutsje op, een van de vele.
Zo gaat dat:
een kleintje verzamelt in de loop van zijn jonge eerste jaar
toch al heelwat mutsjes allerhande om zich te wapenen tegen de winterkou
en de wilde winden in de Westvlaamse polders.



En als ze dan rondgekeken hebben
dromen ze even weg in de kouder wordende avondlucht,
zoontje dicht tegen zijn mama aan.
Waar denkt het kereltje nu aan,
of is hij gewoon een beetje moe?


Zijn neusje en wangetjes zien gezond rood
van de buitenlucht. Mama moet ook nog wat kleur krijgen,
want die heeft de ganse voormiddag in school gezeten.
Goed dat haar zoontje haar af en toe
mee naar buiten lokt, dat ze ook wat frisse lucht
kan opsnuiven en ziet hoe het met de dieren is gesteld.

Posted by Picasa

Oma komt!




Elke week dinsdagnamiddag
tot woensdagnamiddag
komt oma voor Kobe zorgen.
Afhalen van de Drie Biggetjes,
samen op de mat kruipen,
een flesje geven,
wachten op papa en mama.

Ze kijkt er naar uit, oma:
haar hoogdag van de week.
Dan moet ze Kobe wat verwennen,
op het armpje nemen,
hem langs de tentoonstelling in huis
van bloemen en fotootjes en postuurtjes voeren.
Naar de schildpadden kijken.
In zijn boekjes bladeren.
Hem dingetjes leren zoals:
Hoe groot zal Kobe later worden -
en hem daarbij zijn armen
in de lucht leren steken.



Als ze hem, soms met opa, van de creche afhaalt,
is daar meteen zijn breedste glimlach:
hij kent hen wel -
hij zou beginnen kraaien.
Later doet oma wat strijk
of ze maakt iets klaar:
zolang ze maar bij Kobe is.
En in de rest van de week:
gemis van het jongetje
dat haar weer jonger maakt.

Posted by Picasa

Kangoeroestijl



Dan is het feest:
met papa mee naar buiten mogen,
met zicht op alles voor hen uit.
Naar de kippen toe.
Naar de kalkoenen toe.
Eendjes kijken.
Pauwen kijken.
Ezels strelen.

Zijn wangetjes blozen ervan.
Zit hij daar niet goed,
zo op de eerste rang?
En voor niets bang,
zo dicht bij papa aan.
Zo durft hij overal
naartoe te gaan!

Posted by Picasa

Kokerellen

Nu is Kobe met de pollepels in de weer.
Lepels: zijn favoriete speelgoed tot nog toe.
Mama heeft hem op het keukenaanrecht gezet
terwijl ze doet wat ze graag doet:
koken.
Als ze rustig de tijd heeft tenminste,
want nu ze voltijds werkt
is het natuurlijk drukker.
Gelukkig is daar haar kleine helper.


In de pot roeren: dat moet,
met een beetje hulp links en rechts, haalbaar zijn.
Zie hoe zijn ogen guitig glinsteren.
Zie hoe hij de nieuwe Jeroen Meus is.
En zo hoog verheven boven de vloer
waar hij nu steeds meer op kruipt:
hij voelt zich al een hele Jan.



Met verjaardagsfeestjes later
zal hij koekjes moeten bakken,
zullen er pannenkoeken zijn.
Alvast oefenen,
en voor mama is het leuk:
terwijl ze kookt,
toch gezelschap van zoonlief dichtbij kunnen hebben.
Want als ze nu hele dagen weg is:
o, hoe mist ze hem!
Ze hoop dat hij wakker is als ze thuiskomt.
Ze hoopt dat hij op haar ligt te wachten
met zijn breedste glimlach.
Ze stormt het huis binnen
als ze na de schooldag thuiskomt:
is hij er, klaarwakker,
wachtend op haar?

En jawel!!!


Hobbelezel



Kobe wordt in zijn hobbelpaardje gezet.
Op de veelkleurige speelmat.
Op en neer, paardje.
We zouden het liedje moeten zingen:
"En zo rijden wij te paard,
op een ezel, op een ezel,
en zo rijden wij te paard,
op een ezel zonder staart."
Maar Kobe gaat met papa
af en toe naar de echte ezels kijken,
dat is nog veel beter.
Het zijn een beetje sukkelaars
in deze winterkou en -nattigheid,
maar af en toe begint de lente
voortijdig een beetje in de lucht te komen,
dus dat geeft hoop.
Lente -dan wordt Kobe het buitenjongetje
dat hij in wezen zal zijn.
In galop dus naar die lente toe,
alsjeblief!
Posted by Picasa

zondag 16 januari 2011

Te groot


Kobe is met papa Peter mee op ronde geweest om de hoeven van een paard te kappen.
Een lastig karweitje, dat kan je je wel voorstellen.
Nadien mocht Kobe op de rug van het grote dier zitten.
Hij vond het maar een twijfelachtige eer, zegt mama.
Ook van de ezels is hij nog niet zo zot.
En de veronderstelling is, en ik vind het wel goed gevonden
en allicht waar: dat die dieren nog te groot voor hem zijn,
dat hij hun hele wezen nog niet kan vatten,
hij krijgt ze als het ware niet in zijn vizier van kleine jongen.
Hij houdt van poes Luka, die in één keer
binnen zijn blikveld valt,
hij vindt de kalkoenen leuk die hij ook in één oogopslag
kan bekijken, maar zo'n reuzenpaard van dichtbij,
of ezels, waarvan je vooral stukjes ziet:
dat overstijgt hem nog.
Als het niet waar zou zijn,
het is toch goed gevonden.
En overdraagbaar:
er zijn ook dingen
die grote mensen overstijgen.
Ze weten dat ze er zijn,
ze vermoeden er een en ander over,
ze zien er delen van,
maar het grote geheel kunnen ze ook niet
in een oogopslag, in een allesomvattende gedachte vatten.
Iets waar wij geen greep op hebben,
iets dat teveel is:  krijgen wij er niet allemaal mee te maken?
Voelen we soms allemaal niet eens:
ik krijg er geen zicht op,
ik heb het niet in mijn macht,
ik kan het niet bevatten,
het is me te veel,
het is iets uit een moeilijkere, grotere wereld
waar onze mensenhanden en -ogen
niet van de juiste grootte-orde zijn?
Zoals een te groot dier
nog niet in het blikveld van een kleine jongen past,
zo zijn er dingen die grote mensen
ook niet met alleen maar hun grotemensenogen kunnen zien
of met hun grotemensengedachten kunnen vatten.